Bij de aanschaf van nieuwe of vervangende deuren en ramen is het belangrijk dat u de juiste keuze maakt in stijl, kozijn en materiaal.
Of u gaat voor aluminium-, hout-, of kunststof kozijnen, het is natuurlijk van belang dat u gaat voor de belastbaarheid van het milieu en de duurzaamheid van het gekozen product. Zoals isolatie, onderhoud, veiligheid en de totale kosten van kozijn of deur in de loop der jaren.
Bij de aanschaf van nieuwe of vervangende deuren en ramen is het belangrijk dat u de juiste keuze maakt in stijl, kozijn en materiaal.
In een brief aan de Tweede Kamer heeft de minister van BZK de standaard voor woningenisolatie gepresenteerd. Deze standaard geeft aan wanneer de woning goed genoeg is geïsoleerd om aardgasvrij te kunnen worden. De standaard vloeit voort uit het Klimaatakkoord en is opgesteld door een commissie met een brede vertegenwoordiging van betrokken partijen, zoals de VNG, Bouwend Nederland, Techniek Nederland en de Woonbond.
Een woning verliest warmte via buitenmuren, vloer, dak, ramen en deuren. Als de woning goed geïsoleerd is, dan is dat warmteverlies klein en kan de woning ook met duurzame lage temperatuurbronnen worden verwarmd. Voorbeelden zijn verwarming met elektrische warmtepompen of met lage temperatuur warmtenetten op basis van aquathermie of geothermie.
De standaard voor woningisolatie is toekomstvast, in die zin dat de betreffende woning later niet nogmaals geïsoleerd hoeft te worden en ingrijpende aanpassing van de radiatoren bij overschakeling op alternatieven voor aardgas zoveel als mogelijk wordt voorkomen. Ook geeft de standaard inzicht in de mate van ventilatie, die nog nodig is in de woning. Zo kunnen woningeigenaren en verhuurders hun woningen voorbereiden op de toekomst, waarin verwarming zonder aardgas in de gebouwde omgeving de norm zal zijn.
De standaard houdt rekening met de bouwkundige kenmerken van de woning. Woningen van voor 1945 hebben bijvoorbeeld veelal geen spouwmuur. De standaard is voor deze woningen is daarom minder strikt dan voor woningen met een bouwjaar van na 1945.
Op het energielabel zal de standaard een plek krijgen, zodat potentiële kopers bij de aankoop en financiering van de woning rekening kunnen houden met de werkzaamheden die mogelijk nog aan de woning moeten plaatsvinden om deze geschikt te maken voor verwarming zonder aardgas.
Door brede toepassing van deze standaard bij verbouwingen en verduurzaming kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan het halen van de klimaatdoelen en de afgesproken CO2-reductie in de gebouwde omgeving voor 2030 en 2050. Ook draagt de toepassing van de standaard bij aan het verlagen van de energierekening en het ruimtebeslag voor duurzame energieopwekking. Goed geïsoleerde woningen hebben immers minder energie nodig.
Naast een standaard voor de gehele woning zijn er ook streefwaarden voor afzonderlijke bouwdelen ontwikkeld. Deze streefwaarden zijn bedoeld om een ‘toekomstvaste ’ referentie te geven voor een enkel bouwdeel zoals dak, vloer of ramen. Isoleren van een bouwdeel naar deze streefwaarde zorgt ervoor dat dit bouwdeel afdoende is geïsoleerd en bij aansluiting op een alternatieve warmtebron niet meer hoeft te worden aangepakt.
Warmtefoto’s of warmtescans worden steeds vaker gebruikt om te zien waar warmte weglekt uit onze huizen. Maar zulke warmtebeelden van gevels en daken kunnen sterk in detail verschillen.
Er zijn grofweg twee soorten warmtebeelden: de quick scan en de uitgebreide warmtebeeld-rapportage. Quick scans worden door verschillende gemeenten gratis aan bewoners aangeboden en geven een beeldende eerste indruk van onnodig energieverlies in een huis. Zo wordt je aan het denken gezet over de energiezuinigheid van je woning. Dit soort beelden worden ook door bedrijven voor 100 à 150 euro aangeboden.
De uitgebreide warmtebeeld-rapportage geeft voor 250 tot 400 euro een gedetailleerder beeld van de kwaliteit van de isolatie van een huis. Dit gaat vaak samen met een maatwerkadvies energiebesparing (voorheen EPA), dat zelf ook enkele honderden euro’s kost.
Voor een goed warmtebeeld moet er minstens 10 graden verschil zijn tussen binnen- en buitentemperatuur. En er mag geen verstoring door zonnestralen of neerslag zijn. ’s Winters vroeg in de ochtend of bij bewolking zijn de omstandigheden daarom het beste.
Laat een warmtescan uitvoeren en interpreteren door een professional. Die weet onder meer hoe je moet corrigeren voor verschillende eigenschappen van bouwmaterialen.
Zo’n professional, die warmtebeelden kan maken en analyseren, heet een thermograaf. Je herkent hem aan Level I certificering van het Infrared Training Center. Vraag naar aantoonbare ervaring met bouwkundige thermografie.
Op een warmtescan kan je zien of op plaatsen isolatie ontbreekt, of er naden en kieren zijn en of er koudebruggen zijn.
Als je een warmtebeeld laat maken, kan je het beste ventilatieroosters sluiten, de gordijnen openen en het hele huis 24 uur voorafgaand aan de scan op kamertemperatuur verwarmen zodat warmtelekken goed zichtbaar zijn op de warmtescan.
Combineer een warmtescan met een blowerdoortest bij oplevering van een gerenoveerde woning of nieuwbouwwoning om na te gaan of de woning voldoende luchtdicht gebouwd is zodat geen onbedoelde warmteverliezen optreden.
Door in buurt of straat gezamenlijk een warmtescan te bestellen zijn per woning forse kortingen mogelijk. Bovendien is het extra interessant om een warmtebeeld van jouw huis te vergelijken met dat van je buurman, als precies bekend is welke isolatie in het huis van de buren aanwezig is.
Een warmtescan geeft aan waar warmte uit de woning verloren gaat en waar het zinvol is om extra isolatie aan te brengen. Dat is aangenamer, maar ook gezonder: gebrekkige isolatie (koudebruggen) kan zorgen voor vochtvorming en schimmel in muren en houtrot in vloeren en daken.
Met een warmtebeeldcamera kunnen de volgende gebreken worden opgespoord:
• Ontbrekende isolatie
• Natte of uitgezakte isolatie
• Koudebruggen (in de isolatie)
• Kieren, naden en gaten (nauwkeuriger in combinatie met een blowerdoortest)
• Luchtdichtheid van de woning (alleen in combinatie met een blowerdoortest)
• Bouwgebreken
• Onjuiste detaillering
• Lekkages
Slechte isolatie kan in een woning van gemiddelde omvang jaarlijks zo’n +/- € 1.000 aan stookkosten schelen. Dit staat gelijk aan ongeveer tien procent van de totale klimaatbelasting van een gemiddeld huishouden. Wonen in een slecht geïsoleerd, tochtig huis is bovendien onprettig: het voelt er altijd koud aan.
Een warmtescan wordt gemaakt met een speciale warmtebeeldcamera, die infrarode warmtestraling kan vastleggen. Daarom staat het ook bekend als infraroodfoto. In de camera zit een zogeheten microbolometer, die opwarmt door infrarode straling. De temperatuurverschillen worden omgezet in elektrische spanning, die weer wordt omgezet in een afbeelding. Op de meest gebruikte apparaten geeft blauw koude en rood warmte aan.
Het instellen van een warmtebeeldcamera en interpreteren van infraroodbeelden vereist vakmanschap. Enerzijds zijn de kleurtjes op de warmtefoto niet zomaar één op één te vertalen naar warmteverlies vanuit gevel of dak. Aluminium ziet er bij dezelfde temperatuur op een warmtebeeld bijvoorbeeld heel anders uit dan baksteen. Daarvoor moet gecorrigeerd worden. Anderzijds vergt het vertalen van warmtebeelden naar zinvolle energiebesparende maatregelen de nodige bouwkundige kennis.
Warmtescans worden ook voor bedragen tot € 1.200 aangeboden in combinatie met blowerdoortests. Een blowerdoortest in combinatie met een warmtescan is zinvol om kleine luchtlekken in een nieuwbouwwoning of volledig gerenoveerde woning op te sporen. Daarbij wordt de luchtdruk in een huis tijdelijk verhoogd of verlaagd om ook de kleinste plekjes te vinden waar lucht via muren, ramen of deuren ontsnapt. Dit kan zeker nuttig zijn omdat woningen vaak niet zo netjes gebouwd worden als op de bouwtekening. In de praktijk ontstaan hierdoor regelmatig luchtlekken bij onder meer de aansluiting tussen muren en dak, muren en vloeren, muren en kozijnen.
Een uitgebreide scan met blowerdoortest geeft aan waar warmteverlies voorkomen kan worden. Sommige luchtlekken kunnen achteraf worden hersteld, maar de meeste winst is te boeken door de bouwer voor aanvang van de bouw te informeren over de kwaliteitscontrole achteraf zodat deze tijdens de bouw zorgvuldiger te werk gaat. Bij bestaande woningen is een blowerdoortest niet zinvol: deze woningen zijn zo lek dat de luchtdruk onvoldoende verhoogd of verlaagd kan worden om kleine luchtlekken op te sporen.
De specificaties van warmtebeeldcamera’s lopen sterk uiteen. Met een goedkope camera moet je voor een goed beeld even ver van de gevel gaan staan als de gevel hoog is (optische verhouding 1:1). Duurdere modellen hebben een optische verhouding tot 1:50, waardoor (ook op grotere afstand) veel meer detail kan worden vastgelegd.
De thermische gevoeligheid is een belangrijke maat voor welke temperatuurverschillen de camera kan registreren. Bij 100 mK (milliKelvin) zijn verschillen van 0,1 graad Celcius te zijn.
Een nieuwe ontwikkeling is de ultrasoon scan als alternatief voor de warmtescan met blowerdoortest om luchtlekken te meten.
Voordelen van het meten met ultrasoon geluid zijn dat ook een deel van de woning kan worden gemeten, niet gebonden aan het stookseizoen of weersomstandigheden. Ook kan tijdens de bouw worden gemeten zodat bouwfouten nog kunnen worden hersteld.
Fixatie van ingebrachte middelen gaat natuurlijk het beste wanneer deze middelen echt aan het hout gebonden zijn met een chemische binding, of een chemische verandering van de houtelementen. Wanneer deze binding of verandering van de chemische samenstelling van het hout tot stand kan worden gebracht, wordt er van houtmodificatie gesproken. Op dat moment veranderen de eigenschappen van het hout. Het verbetert bijvoorbeeld de duurzaamheid – ook wanneer niet-toxische stoffen worden gebruikt – en de dimensiestabiliteit.
De productie-industrie van houtmodificatie begint vaste grond onder de voeten te krijgen. Nederland is binnen Europa nog steeds de voorloper – en wereldwijd loopt Europa voor op de rest van de wereld.
In Nederland zijn van alle drie de belangrijkste industriële behandelmethoden vertegenwoordigers actief op de markt, te weten Accoya (acetyleren), NobelWood (furfuryleren) en Plato, Smartheat en Firmolin (thermisch modificeren).
De bekendheid met en het vertrouwen in gemodificeerd hout is enorm gegroeid.
Ook al lijken houten kozijnen vooral ambachtelijk, de industrie is ook op kozijngebied door ontwikkeld. Concepten als vingerlassen en lamineren worden volop toegepast. Op het gebied van onderhoud, dat vaak als nadeel van houten kozijnen wordt gezien, zijn goede stappen gezet, met de verbeterde coatings. Bij gemodificeerd hout zoals chemische houtmodificatie en thermische houtmodificatie is met hout het krimp- en zwelgedrag van hout aanzienlijk gereduceerd. Als gevolg daarvan kunnen verfsystemen op dergelijke houtsoorten het langer volhouden. Onderhoudstermijnen van 10-15 jaar zijn op hout met bepaalde verfsystemen al haalbaar.
De ene houtsoort is geschikter om buiten te gebruiken dan de andere. Kiest u voor de lange termijn, dan lijkt het zwaardere hardhout de beste keuze. Een alternatief is gemodificeerd hout. Door houtmodificatie zijn houtsoorten die vroeger niet geschikt waren voor buiten, daar nu wel voor geoptimaliseerd.
Wat zijn de voordelen van het modificatie kozijn en is het voordeliger dan een andere kozijnhout oplossing? Modificatie-kozijnen hebben de volgende voordelen:
Beste mensen, wij zijn open.
Onze fabriek is te bezoeken alleen op afspraak van 7:30 uur tot 15:30 uur .
Ook de showroom kan alleen op afspraak tel: 072 572 1415.
Met vriendelijke groet.
AHK Kozijn team