Sinds 1 november 2020 hebben 21.536 woningeigenaren en 277 VvE’s een aanvraag gedaan via de Subsidie Energiebesparing Eigen Huis (SEEH). In verband met dit succes van de regeling heeft minister Ollongren het budget ervoor verruimd met 70 miljoen euro naar een totaal van 150 miljoen euro.
De populariteit van verduurzamingsmaatregelen lijkt een trend te zijn. Eerder dit jaar hoogde de minister ook de RREW regeling (voor kleine verduurzamingsmaatregelen) op van 70 miljoen euro naar 100 miljoen euro.
Minister Ollongren: “Steeds meer mensen willen hun woning verduurzamen en weten daarvoor de ondersteuning te vinden die wij als Rijk hiervoor bieden. We merken dat niet alleen bij de SEEH Ook de regeling voor kleinere isolatiemaatregelen voor hun inwoners was twee dagen na het openstellen al overvraagd door enthousiaste gemeenten. Het is een prachtige ontwikkeling dat veel mensen op deze manier gaan voor een lagere energierekening en daarmee bijdragen aan minder CO2 uitstoot.”
De Regeling Reductie Energiegebruik Woningen (RREW) geeft gemeenten de mogelijkheid om huiseigenaren en huurders aan te zetten tot het nemen van kleine energiebesparende maatregelen in hun huis. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het inregelen van de cv-installatie, het aanbrengen van radiatorfolie en tochtstrips of het plaatsen van ledlampen. Het is belangrijk dat het niet blijft bij de folie- en tochtstrips, maar dat woningeigenaren en verhuurders ook vervolgstappen gaan zetten met grotere isolatiemaatregelen, zoals dak- vloer- gevelkozijnen of spouwmuurisolatie.
Voor die volgende stap is ook weer subsidie beschikbaar: VvE’s kunnen, dankzij de ophoging van het budget, ook de komende tijd terecht bij de SEEH. Woningeigenaren kunnen sinds 1 januari 2021 terecht bij de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE). Je kunt een percentage van de isolatiekosten terugkrijgen als je twee of meer isolatiemaatregelen hebt genomen. Tot 31 juni was dit subsidiepercentage voor maatregelen in de SEEH 20%, maar dit werd vanwege de coronacrisis in juli 2020 tijdelijk opgehoogd naar 30%. Deze ophoging is voor veel mensen een flinke stimulans geweest, waardoor begin februari de SEEH voor VvE’s tijdelijk werd gesloten, omdat de regeling eind 2020 voor zowel woningeigenaren als VvE’s overvraagd was. Om aan de volledige vraag uit 2020 te voldoen en om de regeling weer open te kunnen stellen voor VvE’s is 70 miljoen euro extra beschikbaar gesteld. De SEEH voor VvE’s, kan hierdoor weer open worden gesteld tot uiterlijk 31 december 2022 of, indien dat eerder is, tot het nieuwe budget is uitgeput.
Bron: Rijksoverheid
Het kabinet heeft 3 doelstellingen geformuleerd om de Nederlandse economie zo snel mogelijk circulair te maken:
Laten we bij het begin beginnen. Uitgangspunt van Circulair 2050 is dat Nederland geen nieuwe gedolven materialen meer verbruikt. Oftewel: zoveel mogelijk hergebruiken wat er is en datgene wat nieuw nodig is, halen uit duurzame en onuitputtelijke bronnen. In de bouwpraktijk betekent dit dat we delfstoffen zoals kunststof, staal en aluminium, niet meer uit de grond halen maar alleen uit bestaande gebouwen.
Uiteraard geldt ook voor hout-, kunststof-, en aluminium producten dat we dit zoveel mogelijk moeten hergebruiken. Aluminium en kunststof (PVC) fossiele producten, zijn materiaalsoorten die gewonnen worden uit de aarde en zijn behoorlijk milieu vervuilend bij produceren ervan en is het aan aluminium en kunststof gelegen om dit proces geheel circulair te maken voor die tijd.
Maar omdat het hout een natuurlijke grondstof is, mag hout nog wel nieuw in het bouwproces gebracht worden. Hoewel 2050 nog ver weg lijkt, is het juist nu heel belangrijk om al te bouwen vanuit de circulaire gedachte. Als we immers over 29 jaar ons bouwmateriaal willen hergebruiken, moet we daar nu rekening mee houden in het ontwerpen en de montagewijze. Zeker omdat de circulaire kozijn gemiddeld 40 jaar tot 70 jaar moet meegaan.
De circulaire ambities reiken verder dan alleen hergebruik. Zo is het belangrijk dat de waarde van materialen blijft bestaan. Ook moeten onderdelen zonder grote moeite los te maken en op een andere plek te gebruiken zijn. Hoe passen hout, kunststof (PVC) en aluminium hierbinnen?
1. Licht van gewicht. Dit maakt verplaatsen van hout praktisch, energiezuinig en rendabel.
2. Makkelijk bewerkbaar. Omdat het een zacht materiaal is, is een stukje afzagen of een gat boren relatief eenvoudig.
3. Keer op keer herbruikbaar. Van deur naar kozijn naar tafel naar vloer naar plaatmateriaal, enzovoort: de gebruikscyclus kan decennialang doorgaan.
4. Hernieuwbaar: Bij duurzaam bosbeheer kan het bos zich blijven ontwikkelen er is er een blijvende stroom aan nieuw materiaal beschikbaar, die nooit uitgeput raakt.
5. CO2-neutraal: Bij de verwerking van hout is zeer weinig energie nodig. Daarnaast zit er in het hout zelfs CO2 vastgelegd.
1. Licht van gewicht. Dit maakt verplaatsen van kunststof praktisch, energiezuinig en rendabel.
2. Veel al in gebruik. Omdat PVC al veel gebruikt wordt komt het veel voor dus is het relatief eenvoudig om genoeg te kunnen her verwerken.
3. Keer op keer herbruikbaar. Van deur naar kozijn naar tafel naar vloer naar plaatmateriaal, enzovoort: de gebruikscyclus kan decennialang doorgaan.
4. Klimaatcompensatie: Bij de verwerking van kunststof (PVC) is zeer weinig energie nodig. Daardoor minder CO2 uitstoot.
1. Licht van gewicht. Dit maakt verplaatsen van aluminium praktisch, energiezuinig en rendabel.
2. Veel al in gebruik. Omdat aluminium veel gebruikt wordt komt het veel voor dus is het relatief eenvoudig om genoeg te kunnen her verwerken.
3. Keer op keer herbruikbaar. Van deur naar kozijn naar tafel naar vloer naar plaatmateriaal, enzovoort: de gebruikscyclus kan decennialang doorgaan.
4. Klimaatcompensatie: Bij de verwerking van aluminium is minder energie nodig. Daardoor minder CO2 uitstoot.
Het nieuwe kunststof-, aluminium-, houten kozijnen passen perfect binnen de ambities van Circulair 2050. Zolang het onderhoud goed wordt uitgevoerd, blijven kozijnen van hoge kwaliteit en behouden ze hun waarde. Wordt een gebouw gesloopt, dan zijn kozijnen makkelijk uit de gevel los te halen en op een andere plek – met dezelfde functie – terug te plaatsen.
Maar zelfs als het materiaal niet meer als kozijn bruikbaar is, kan het daarna nog veel nieuwe bestemmingen krijgen. Door kunststof, aluminium en hout zo lang mogelijk te gebruiken in de circulaire economie, blijft de CO2 zo lang mogelijk laag of opgeslagen.
Bij houten kozijnen is duurzaam bosbeheer heel belangrijk en groeit er nu gelukkig meer bos bij dan dat er hout uit wordt gehaald. Zo blijft de waarde van het bos én het hout behouden, en zijn we ook in de toekomst verzekerd van circulair bouwmateriaal.
De nieuwste kozijnen in kunststof hout of aluminium alle geheel circulair.
Het nieuwe energielabel dat per 1 januari nodig is om een huis te verkopen of te verhuren valt duurder uit dan voorzien. Daarbij ontbreekt het ook aan gekwalificeerde energieadviseurs, waardoor enorme wachttijden ontstaan voor de aanvraag van een label. Dat concludeert de Vereniging Eigen Huis VEH na een steekproef. De VEH zegt niet verrast te zijn, aangezien de vereniging hier al eerder voor waarschuwde.
Een maand na de invoering van het label komt demissionair minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren met maatregelen om de problemen het hoofd te bieden. Zo worden er meer energieadviseurs opgeleid. Ook vervalt tijdelijk de verplichting om in een verkoop- of verhuuradvertentie aan te geven of een woning een energielabel heeft. Wel moet er bij de overdracht van de woning een definitief energielabel overhandigd worden.
Volgens de VEH heeft Ollongren de maatregel te snel ingevoerd en daarvan zijn huiseigenaren nu de dupe, met vertragingen in het verkoopproces tot gevolg. De vereniging gaf vorig jaar al aan dat het nieuwe label geen meerwaarde biedt voor huiseigenaren, maar huiseigenaren wel op hogere kosten jaagt. De huidige kosten voor een label zouden rond de 275 euro liggen. Dat is volgens de VEH 100 euro duurder dan vooraf was aangegeven. Ook zouden er bedrijven zijn die niet transparant zijn over de prijs.
Eerder adviseerde het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) het kabinet al om de invoering van de regel uit te stellen. Het ATR baseerde zich daarbij op onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB). Volgens het adviesorgaan is de meerwaarde van het nieuwe ‘expertlabel’ ten opzichte van het huidige eenvoudige energielabel niet aangetoond.
Bron:ANP
Sinds 1 januari 2021 kennen we een nieuw energielabel. Voor het aanvragen van dit energielabel komt een energieadviseur aan huis om de woning op te nemen, waarna je een uitgebreide rapportage ontvangt over de energieprestatie van de woning. Ook lees je er in welke stappen je kunt nemen om je huis verder te verduurzamen. Hiervoor hebben de afgelopen periode bijna 500 energieadviseurs hun vakbekwaamheid behaald.
Als gevolg van de corona pandemie zijn er adviseurs die niet al hun examens hebben kunnen afleggen. Daarom zijn er maatregelen genomen om dat op te vangen. Zo zetten we maximaal in op online thuisexaminering. De eerste online thuisexamens zijn succesvol afgenomen op 12 en 14 januari, en de volgende examens staan gepland op 2, 4 en 11 februari. Daarnaast is er een overgangsregeling, waardoor energieadviseurs die examenmodules voor de opname behaald hebben al wel de opname van de energieprestatie van gebouwen doen. Door deze maatregelen kunnen zo’n 200 energieadviseurs extra aan de slag. Daarnaast zijn er zo’n 800 mensen onderweg om hun vakbekwaamheid te behalen.
Ondanks deze maatregelen is er momenteel krapte in het aantal beschikbare vakbekwame energieadviseurs. Daarom gaan we aanvullende maatregelen nemen: het is tijdelijk niet nodig om al in de verkoop-/verhuuradvertentie van je woning het energielabel te vermelden, als je nog geen label hebt.
Daarnaast gaan we de overgangsregeling verder uitbreiden, waardoor er sneller meer energieadviseurs volledig aan het werk kunnen om energielabels op te nemen en registreren.
Met deze maatregelen zal naar verwachting op korte en lange termijn de drukte rond de aanvraag in grote mate afnemen. De minister zal de Tweede Kamer over haar maatregelen nader informeren.
Bron: Rijksoverheid
De ophoging is bestemd voor de al ingediende aanvragen. Hierdoor kunnen straks 60 gemeenten extra aan de slag. In totaal kan hiermee in ruim één miljoen woningen energie bespaard worden.
Minister Ollongren: “Deze regelgeving is dubbel doeltreffend. Ten eerste zorgen kleine veranderingen in het huis, zoals het aanbrengen van radiatorfolie of tochtstrippen, ervoor dat bewoners een lagere energierekening krijgen. Ten tweede is dit voor veel huurders en woningbezitters een eerste stap naar verdere verduurzaming van het huis.”
De RREW is een vervolg op de Regeling Reductie Energieverbruik (RRE). Het ministerie van BZK had eerder 70 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de RRE, die enkel bedoeld was voor woningeigenaren. De RREW is echter zowel gericht op woningeigenaren als huurders. Uit inventarisatie van de aanvragen blijkt dat ongeveer 60% naar verduurzaming van huurwoningen gaat.
Gemeenten zetten met deze regeling projecten op om huiseigenaren en huurders aan te zetten tot het nemen van kleine energiebesparende maatregelen in hun huis. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het inregelen van de cv-installatie, het aanbrengen van radiatorfolie en tochtstrips of het plaatsen van ledlampen. Daarnaast gebruiken gemeenten de regeling om advies te geven over welke energiebesparende maatregelen zij nog meer zouden kunnen nemen. Het is belangrijk dat het niet blijft bij de folie- en tochtstrips, maar dat eigenaren en huurders ook vervolgstappen gaan zetten met isolatiemaatregelen. De RREW biedt gemeenten zo ook de kans samen met burgers en andere partijen, zoals lokale energiecoöperaties of woningcorporaties actief aan de slag te gaan met verduurzaming van de woningen in hun gemeente. De regeling, gelanceerd in november 2020, is populair, waardoor ze nu reeds overvraagd is. Aanvragen worden behandeld op basis van ‘first come first serve’. Half maart publiceert RVO een lijst met gemeenten die een uitkering ontvangen inclusief de verleende bedragen. De projecten moeten uiterlijk 31 juli 2022 afgerond zijn.
Bron: Rijksoverheid
Om voor de subsidie in aanmerking te komen moet de VvE aan een aantal voorwaarden voldoen:
De volgende maatregelen komen in aanmerking voor de subsidie:
Als de VvE minimaal 2 van de bovengenoemde energiebesparende maatregelen neemt, komen ze ook nog in aanmerking komen voor de volgende subsidies:
Beste mensen, wij zijn nog open.
Alleen onze openingstijden zijn even anders.
Wij nemen alle voorzorgsmaatregelen betreffende COVID-19. Onze fabriek is te bezoeken alleen op afspraak van 7:30 uur tot 16:30 uur .
De showroom kan alleen op afspraak tel: 072 572 1415.
Wij hopen dat u er begrip voor heeft.
Meer informatie op de website van het RIVM